Boek recensie: Toen Dinosaurussen de lucht in gingen, Jingmai O’Connor

Toen Dinosaurussen de lucht in gingen is het vierde boek in de Ongelofelijke Evolutie serie, een verzameling boeken die de ontwikkeling van het leven op aarde onderzoeken. Drie daarvan zijn vertaald in het Nederlands: Zo werden we mensen, en De walvis begon aan wal.

Vliegende dino’s

In het boek Toen dinosaurussen de lucht in gingen onderzoek je samen met paleontoloog Jingmai O’Connor de evolutionaire oorsprong van vogels vanaf hun voorouders onder de dinosauriërs. Het neemt je mee naar de allereerste vogels – en zelfs nog een stukje daarvoor. Het boek bevat veel informatie en legt je ook uit hoe wetenschappers tot de conclusies zijn gekomen die je hier leest. Op verschillende pagina’s wordt gedetailleerd ingegaan op de ontwikkeling en de structuur van veren. Zo lees je dat veren in verschillende varianten voorkomen, van de eenvoudige stekels & dons van dinosaurussen zoals Psittacosaurus en Yutyrannus, tot moderne wimpelveren. Soms zijn veren zo goed bewaard gebleven, dat we zelfs een indruk hebben van hun originele kleur!

Fan van vogels

Duidelijk is wel dat Jingmai ons duidelijk wil maken dat we eigenlijk meer vogelsoorten in onze omgeving hebben dan zoogdieren – dat de hele biologische wereld eigenlijk een ander aandachtspunt zou moeten hebben. Hij vertelt vol overgave over zijn voorliefde voor onze gevederde vrienden en fladdert daarmee ook wel een beetje van het ene onderwerp naar het andere. Hoewel er een rode draad te vinden is, zou je dit boek ook gewoon willekeurig kunnen openslaan om een paar ‘spreads’ (dubbele pagina’s) te verorberen.

Illustraties

Maria Brzozowska heeft deze informatie omgevormd tot sfeervolle illustraties, wat een mooie aanvulling vormt op het boek. Toch zijn de tekeningen soms wat statisch en te strak om écht indruk te maken.