Een flinke tijd geleden, in het boek Ik ben Nummer Vier maakten we kennis met John Smith. Op het oog een heel normale jongen, die met zijn vader de hele wereld rondreist. Maar er schuilde meer achter: John Smith is namelijk één van de negen Loriërs op aarde die hun thuisplaneet nieuw leven in kunnen blazen. Ze zijn de ‘uitverkorenen’, zou je kunnen zeggen. Ze zijn hier op aarde met hun Cépanen, hun begeleiders, en houden zich zo goed mogelijk schuil. Ze hebben allen een nummer meegekregen, van de nummers één tot en met negen, als onderdeel van een magische bescherming. Helaas is die bescherming verbroken, en staan kwetsbaar geworden.
Het bijzondere aan deze negen Loriërs is dat ze speciale krachten hebben. Erfgaven, noemen ze die. Zo kan Vier vuurbollen wegschieten, Acht van gedaante veranderen en Vijf, die in dit boek in het team terecht komt, zijn lichaam veranderen in het materiaal dat hij vast heeft en vliegen. Iedere Loriër heeft zo zijn eigen specialiteit. En die hebben ze ook hard nodig, want de buitenaardse wezens die hun thuisplaneet hebben verwoest, de Mogadoren, zijn al een tijdje op aarde. Al in het eerste boek heb je daar al kennis mee kunnen maken.
Langzaam maar zeker ontdekken de vijf overgebleven Loriërs waar ze allemaal uithangen. In dit deel zijn ze eindelijk allemaal samen, de overlevenden: nummer Vier tot en met Tien. Wacht… Tien? Ja, heel goed opgelet, lezer! Er is nog een meisje op aarde geland. Een jong meisje, Ella. Zij is door een rijke, excentrieke Loriër in een ruimteschip gezet en ook naar aarde gestuurd. Wat haar rol precies gaat worden is nog onbekend, maar het zal ongetwijfeld groots en indrukwekkend worden, want dit deel draait grotendeels om Tien en haar vele nachtmerries.
Daarnaast speelt Vijf een belangrijke rol, die zo’n beetje halverwege het boek ten tonele verschijnt. Vijf lijkt een echte zonderling te zijn, die bovendien niet heel erg sociaal vaardig is. iedereen kijkt vreemd op van zijn reacties: soms terughoudend, soms agressief, maar veelal minachtend naar mensen toe. En dat zijn de bewakers van Loriën niet echt gewend. Ze kunnen er niet goed mee omgaan. Zeker Negen niet, onze heethoofdige vechtersbaas.
In dit hele boek zetelen de Loriërs, samen met een paar mensenvrienden (of beter: het vriendinnetje van Vier, Sarah, zijn vriend Sam en nog iemand wiens naam ik hier niet zal noemen omdat ik je leesplezier niet wil verprutsen) in de luxe Penthouse van Negen. Want terwijl de overige Loriërs het heel rustig aandeden en undercover bleven, is Negen met zijn Cépaan minder onopvallend geweest: ze hebben zich letterlijk gebaad in luxe. Ze bezitten een volledige verdieping op in een flatgebouw, waar ze van alle gemakken zijn voorzien. En daar hebben alle Loriërs op dit moment baat bij: ze kunnen zich goed voorbereiden op de grote strijd die komen gaat, en volop trainen op de schietbaan of in de speciale vechtzaal. Ook Vijf doet hier uiteindelijk aan mee. In De val van Vijf is het een spannend weerzien van alle teamleden. Na De Kracht van Zes en De opkomst van Negen is dit het vierde deel uit de spannende serie, geschreven door de grote Loriër Pittacus Lore, die je zeker moet volgen!
De Val van Vijf, Pittacus Lore
AW Bruna, november 2013, 248 pagina’s, paperback.
Prijs: 15 euro. Leeftijd: vanaf 12 jaar. ISBN: 9789400503519
Boeken koop je bij je plaatselijke boekhandel.
Online bestellen kan onder andere op:
